BouwBelang: Platform voor bouw en infra van AFNL

Zoeken naar creatieve mogelijkheden

05-07-2022
door Redactie
GAzet

Flexibel werken. In veel sectoren wordt het gezien als het middel om personeelstekorten weg te werken en nieuwkomers en zij-instromers binnen te halen. Los van de vraag of die doelen gehaald worden, speelt in de bouw en infra de discussie of flexibel werk – zeker in de uitvoerende bouw – überhaupt wel kan. De meningen blijken verdeeld.

Flexibel werken in de uitvoerende bouw

Volgens Arno Snellen, directeur/eigenaar van Gebroeders Snellen, is de vraag of flexibel werken in de bouw wel of niet werkt lastig te beantwoorden. “Een simpel ja of nee is het in ieder geval niet. Daarvoor hangt het te veel af van de omstandigheden waaronder de vraag gesteld wordt. Duidelijk is wel dat het in onze branche zeker geen vanzelfsprekendheid is.”

Arno Snellen: “Duidelijk is wel dat flexibel werken in onze branche zeker geen vanzelfsprekendheid is.”

Weinig vraag naar

Een mening die Jelle Coen Bijlsma, directeur van Jelle Bijlsma Grond-, Weg- en Waterbouw, deelt. “Ik kom het binnen ons bedrijf weinig tegen, zeker onder de medewerkers in de uitvoering. Bij het UTA-personeel komt de vraag naar mogelijkheden om flexibel te werken vaker voor en daar is het ook wat makkelijker te organiseren.”
Het betekent niet dat er bij Jelle Bijlsma alleen maar fulltimers in de uitvoering werken. “De oudere medewerkers kunnen gebruikmaken van bestaande regelingen om een dag minder te werken. Dat blijft maatwerk om te kijken hoe je dat organiseert, maar dat gaat goed. We willen ook dat deze mensen op een goede en aantrekkelijke manier hun pensioen halen.”

Onderdeel cao-onderhandelingen

Ook Jan Jager, directeur van belangenbehartiger NVBU merkt dat flexibel werken geen actueel onderwerp is voor de meeste mkb-bouwbedrijven in Noord-Nederland. “Wij krijgen amper vragen van ondernemersen daaraan merk je dat de behoefte aan flexibel werken blijkbaar ook niet heel groot is onder de medewerkers op de bouw.”
Dat betekent overigens niet dat NVBU geen aandacht heeft voor het onderwerp. “Eén van onze bestuursleden is lid van het klankbord van de cao-commissie, die zich onder andere buigt over de vraag: hoe gaan we in de bouw om met flexibel werken?’. Met de start van de cao-onderhandelingen komend najaar, zal het dus wel weer prominenter op de agenda komen.”

Jelle Coen Bijlsma: “We moeten er wel samen uitkomen en een werkbare oplossing bedenken.”

Functieafhankelijk

Snellen benadrukt dat de vraag of medewerkers flexibel kunnen werken voor een belangrijk deel afhankelijk is van de functie die de medewerker heeft. “Als een medewerker dagelijks als betonboorder op pad is met zijn eigen volledig ingerichte bus en hij wil een hele of halve dag minder werken, is dat vaak wel te regelen. Maar als hij in een koppel of groter team werkt, wordt het meteen lastig. Dan moet voor hemzelf of de andere collega’s weer apart vervoer geregeld worden.”
Ook de plek waar de medewerkers actief zijn, bepaalt of flexibel werken een optie is of niet. Snellen: “Gaan ze zelfstandig naar een klus waar ze hun werk doen, kunnen we daar in de planning rekening mee houden. Maar als ze onderdeel zijn van een project en anderen kunnen pas verder als zij hun werk gedaan hebben, wordt het al een stuk lastiger. Een project kan niet wachten op een medewerker die een middag vrij heeft.”

Kansen in ondersteuning

Bijlsma ziet in de ondersteunende functies in de bouw meer kansen voor flexibel werken dan in de uitvoerende functies. “Ik kan me voorstellen dat een werkvoorbereider vier dagen in de week werkt. Dat kan redelijk eenvoudig georganiseerd en gepland worden. Daar kun je als werkgever dan ook rekening mee houden. Maar als een machinist een dag minder werkt, verlies je toch een dag in de uitvoering. Dat is in de praktijk dus soms best bezwaarlijk.”
Overigens heeft Bijlsma wel een uitvoerende functie die flexibel wordt ingevuld. “We hebben een terreinbaas die als duobaan wordt ingevuld. De ene medewerker werkt twee dagen, de ander drie. Zij zorgen onderling voor een goede overdracht en afstemming. Dat werkt erg goed.”

Uitdaging voor mkb

Het wel of niet kunnen aanbieden van flexibele werktijden en contracten hangt volgens Jager ook sterk af van de omvang van het bedrijf. “Voor de grote bouwbedrijven is het vaak makkelijker te regelen dan voor de kleinere mkb-bedrijven. Of je als werkgever acht verschillende ploegen aan het werk hebt of twee, bepaalt hoe flexibel je kunt zijn. Hoe meer ploegen je hebt, hoe makkelijker je kunt schuiven en plannen.”
Volgens Bijlsma zou het voor werkgevers eenvoudiger te plannen zijn als medewerkers flexibele uren geclusterd opnemen. “Ik heb dan liever dat ze bijvoorbeeld in de winter gedurende twee maanden minder aanwezig zijn. Daar kunnen wij dan goed rekening mee houden.”

Wel of geen oplossing

Over het antwoord op de vraag of flexibel werken effectief bijdraagt aan het oplossen van het personeelstekort wordt verschillend gedacht. Jager: “Voorlopig lijkt het in nog geen enkele sector de oplossing te zijn. Ook daar waar volop mogelijkheden zijn en zij-instromers worden gelokt met aangepaste werktijden om werk en privé in goede balans te houden, blijven de tekorten bestaan.”
Volgens Snellen kan flexibel werken voor verschillende functies zeker een oplossing bieden. “Er zijn binnen ons bedrijf wel werkzaamheden die prima door mensen die flexibel willen werken uitgevoerd kunnen worden. Daarvoor geldt in het uiterste geval dat ik wel vijf medewerkers wil die allemaal een dag willen werken. Daarmee heb ik als werkgever de werkweek namelijk weer vol”, zegt Snellen.

Jan Jager: “Of je als werkgever acht verschillende ploegen aan het werk hebt of twee, bepaalt hoe flexibel je kunt zijn.”

Cao-onderhandelingen

Vast staat volgens Jan Jager dat flexibel werken tijdens de komende cao-onderhandelingen een prominent agendapunt zal zijn. “Waarbij de bonden, voor zover ik heb begrepen, willen inzetten op een 32-urige werkweek, terwijl veel werkgevers het liefst terug willen naar een 40-urige werkweek. Dan gaan de salarissen omhoog en wordt een groot deel van de personeelstekorten weggewerkt.”

Andere mindset

Hoewel de ontwikkelingen rondom flexibel werken de mkb bouw en infra zeker niet ontgaan, verwachten de drie ondernemers niet dat het – zeker in de uitvoerende functies – gemeengoed gaat worden. “Dat heeft voor een belangrijk deel te maken met het karakter van de bouw. Op de bouw heerst toch een andere mindset dan in veel andere branches. Iedere dag vroeg beginnen en vijf dagen hard werken, maakt de bouw voor een grote groep ook nu nog erg aantrekkelijk”, zegt Jager.

Samen uitkomen

“Het gegeven dat we amper vragen van onze medewerkers krijgen over de mogelijkheden om flexibel te gaan werken, zegt alles over de beperkte behoefte”, zegt Bijlsma, die meteen aanvult: “Dat betekent niet dat we niet openstaan voor vragen. Het is een recht van werknemers en wij gaan er niet zomaar voorliggen. Maar we moeten er wel samen uitkomen en een werkbare oplossing bedenken.”
Ook voor Snellen geldt dat, daar waar mogelijk en werkbaar, al rekening gehouden wordt met de wensen van medewerkers. “Als teams tijdens warme zomerdagen graag vroeger willen starten zodat ze ook eerder kunnen stoppen, laten we ze daarin helemaal vrij. Zolang ze hun werk doen en hun vroege vertrek anderen op het werk niet extra belast of het werk vertraagd, is dat hun eigen keuze. Ook dat is al een vorm van flexibel werken.”