Met horten en stoten
De branche begint bekend en enigszins gewend te raken aan de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb). Dat gaat af en toe nog met horten en stoten, vooral als het gaat om de afstemming met de gemeente. We zien dat veel gemeenten niet goed zijn voorbereid en de vergunnings- en meldingsprocedures niet altijd op de juiste wijze toepassen. Sommige misbruiken ook de informatieplicht om toch nog veel gegevens op te vragen.

Peter Ligthart, secretaris MKB Bouw
Vooral de met de Omgevingswet geïntroduceerde ‘knip’ geeft nogal eens problemen. Ook voor bouwprojecten in de gevolgklasse 1 van de Wkb is een vergunning nodig. Dat geldt echter alleen voor een beoordeling op het voldoen aan het omgevingsplan (voorheen welstand en bestemmingsplan). Voor de technische beoordeling van het bouwwerk volstaat een bouwmelding (geen leges en vier weken voor start bouw). Aan beide moet zijn voldaan voordat met de bouw kan worden begonnen.
In haar laatste brief aan de Kamers heeft minister Mona Keijzer van VRO gemeld dat ze niet voornemens is de Wkb in te trekken. Ze vindt het daarvoor veel te vroeg, omdat er nog relatief weinig projecten onder de Wkb zijn afgerond. De doorlopende monitoring van de Wkb laat dat ook zien.
De minister heeft eerder al aangegeven dat ze nog geen datum wil hangen aan de toevoeging van verbouw aan gevolgklasse 1. Vanwege de relatief hoge kosten van kwaliteitsborging in de huidige vorm ten opzichte van de verbouwkosten wil ze eerst onderzoek doen naar een eenvoudigere wijze van kwaliteitsborging voor verbouw.
Visie brancheorganisaties
Onlangs zijn verschillende brancheorganisaties uitgenodigd om hun visie daarop te delen. In een online meeting zijn die suggesties besproken. De Aannemersfederatie, waarbij MKB-Bouw is aangesloten, heeft daarvoor overleg gevoerd met Bouwend Nederland en Techniek Nederland. De standpunten zijn gedeeld en komen grotendeels overeen. Op één belangrijk punt is de Aannemersfederatie niet meegegaan. Bouwend Nederland heeft het voorstel gedaan om in plaats van een bouwwerk te laten beoordelen door een kwaliteitsborger een erkenningsregeling voor aannemers verplicht te stellen. Wetende dat een erkenningsregeling door de Rijksoverheid niet snel zal worden voorgeschreven en dat bij een verplichte regeling het al snel zou gaan om certificering onder accreditatie, heeft de Aannemersfederatie hier bezwaar tegenin gebracht. Hoewel het een sympathieke gedachte is denken we dat je bouwbedrijven niet moet belasten met de last van toetsing aan de bouwregelgeving. Laat de aannemer zich vooral bezighouden met zijn vakmanschap.
Overigens waren de meeste deelnemers er wel voor om verbouwingen toe te voegen aan gevolgklasse 1. De kosten blijven een punt van aandacht, maar bedenk daarbij dat de gemeenten hebben aangekondigd de legeskosten volgend jaar fors te moeten verhogen als de verbouwingen door de gemeente moeten worden vergund. Dan wordt het een kwestie van door de hond of door de kat worden gebeten.
Kwaliteitsborging ‘light’
Dat er een kwaliteitsborging ‘light’ komt lijkt wel voor de hand liggend. Het ministerie droeg daar tijdens het overleg zelf al een belangrijk deel van de oplossing aan. Bij een verbouwing hoeft alleen dat deel van de verbouwing te worden beoordeeld dat nu nog vergunningplichtig is. Dat wil zeggen dat de kwaliteitsborger kijkt naar een constructieve ingreep, maar bijvoorbeeld niet naar werkzaamheden in het kader verduurzaming. Die zijn (en blijven) voor de bouwactiviteit vergunningvrij en dus buiten kwaliteitsborging.
Ten slotte nog twee interessante punten uit het overleg. We hebben gevraagd om hoeveel verbouwprojecten het nu eigenlijk gaat die mogelijk onder kwaliteitsborging zouden moeten worden uitgevoerd. Veel verbouw is immers technisch vergunningvrij. Het aantal is niet bekend, maar het ministerie zoekt het uit.
Samen met Bouwend Nederland hebben we aandacht gevraagd voor het grote aantal controles dat wordt uitgevoerd op bouwplaatsen. Naast de kwaliteitsborger voert ook de toelatingsorganisatie namens de overheid inspecties uit. Dat geeft een flinke belasting voor de aannemer en de vraag is of dat nodig is. Daarbij te bedenken dat de toelatingsorganisatie uiteindelijk liefst 5% van alle bouwwerken in uitvoering wil bezoeken!
Bovenstaande is een opiniestuk van Peter Ligthart, secretaris van MKB Bouw. Hij schrijft regelmatig over ontwikkelingen in de bouwsector.