‘Vroeger noemden we dat zuinigheid’
De Schijf Groep doet vanaf de oprichting waar ze goed in is: hergebruiken van sloopmateriaal. Dat heet nu circulaire bouweconomie. Hun bedrijfsbeleid van oudsher, dat ze altijd graag hebben uitgedragen aan zo veel mogelijk jonge mensen, is onderdeel van het Schijf-DNA en blijkt de remedie tegen schaarste aan grondstoffen. “En dan sta je als sloopondernemer plotseling workshops te geven aan architecten”, zegt commercieel manager Tristan Frese.
Circulariteit zit in het DNA van de Schijf Groep in Uithoorn
Tekst: Arie Grevers
Foto’s: Kees Stuip
Het is altijd boeiend te horen hoe midden- en kleinbedrijven ontstaan. Maar hoe verschillend de aanleidingen ook kunnen zijn, het begint altijd met een geëngageerde ondernemer. En dat is een mens die kansen ziet, het lef heeft de kansen te grijpen en die over het inzicht, doorzettingsvermogen en eigenzinnigheid beschikt om er iets van te maken.
Zo’n ondernemer stond ook aan de wieg van wat inmiddels de Schijf Groep heet, een familiebedrijf met circa 75 medewerkers in Uithoorn dat zichzelf een innovatieve partner noemt op het gebied van sloopwerkzaamheden, asbestverwijdering, boren en zagen met diamantgereedschap, specialistisch transport op hoogte en aanleg van BMX Tracks.
Al 25 jaar circulair met Restoric
De oprichter heette Piet Schijf. Hij kweekte bloemen in kassen. Om niet helemaal afhankelijk te zijn van de fluctuerende olieprijzen, stookte hij de ketels in zijn kassen op hout dat hoofdzakelijk uit de sloop van oude kassen kwam. De frames van de kassen waren toen nog van hout. Maar hij zag dat het hout vaak nog in prima staat verkeerde. Zonde om te verbranden en daarom startte hij in1972 een houthandel. Het sloopwerk kwam er pas later bij.
Die handel met materialen uit sloop is nog steeds terug te vinden in Schijf Restoric, naast de genoemde bedrijfsactiviteiten eveneens onderdeel van de Schijf Groep. Schijf Restoric is gevestigd in een enorme loods die onderdak biedt aan opslag van materialen uit sloop, een werkplaats en een showroom. In de werkplaats maken meubelmakers interieurs voor woningen en kantoren van sloophout en in de showroom laat het bedrijf al vijfentwintig jaar zien wat je er zoal van maken kunt. De materialen en producten zijn keurig gesorteerd, gerangschikt in toegankelijke en goed verlichte ruimten en voorzien van maatvoering en prijskaartje. De klant krijgt een kop koffie aangeboden en kan contant of met pin afrekenen. Een factuur wordt direct geprint. Een groot verschil met vroeger en wat je soms nog altijd ziet: alles door elkaar in grote zeecontainers – als je iets gevonden had van je gading, moest je maar zien hoe je het er onderuit kreeg.
“Schijf Restoric is eigenlijk de voortzetting van de toenmalige houthandel. Toen noemde je dat zuinigheid en nu heet ‘t een circulair bedrijfsmodel. We ontvangen er particuliere en zakelijke klanten, architecten, ingenieursbureaus, en restauratieaannemers. In de werkplaats maken we maatwerk op bestelling. Ook komen de klanten met een paar deurtjes en willen dat wij er een vitrinekast van maken of dergelijke”, zegt Tristan Frese. Hij is commercieel manager en verantwoordelijk voor communicatie, transport en inventarisaties van herbruikbare materialen op slooplocaties.
Circulair slopen als verdienmodel
Zeker tot begin jaren tachtig zat het verdienmodel voor een sloopbedrijf in de handel van geoogste materialen. De sloper moest geld meebrengen als hij een pand wilde slopen. De goede houtdelen werden spijkervrij gemaakt voor hergebruik. De huidige directeur van de Schijf Groep, Teun Stam, is ooit als twaalfjarige jongen begonnen met spijkers trekken na schooltijd en op zaterdag. In de jaren tachtig en negentig kreeg je de grote knippers en sorteergrijpers waardoor je efficiënt een totaalsloop kon uitvoeren, zodat er snel met een nieuwbouwproject begonnen kon worden. Tijd was geld en afval voerde je in fracties af. Het hout ging naar de stort of verbrandingsovens. Het puin werd granulaat om te verwerken onder wegen en erfverhardingen. Belangrijk verschil met de periode daarvoor: de opdrachtgever betaalde het sloopbedrijf voor zijn inbreng op locatie. Het slopen werd het verdienmodel.
Tristan: “De trend van nu is circulair slopen. En dat past prima in ons straatje, wantdat doen we altijd al. We hebben er dit jaar een aparte BV, Schijf Circulaire Demontage B.V. , voor opgericht. De circulaire poot van de Schijfgroep verricht alle werken die we onder BRL SVMS 007 aannemen en uitvoeren. Dat is een beoordelingsrichtlijn voor veilig en milieukundig slopen. Je merkt overigens dat nog lang niet alle opdrachtgevers de prioriteit bijcirculariteit leggen. Totaalsloop is ook nu nog de regel, circulair slopen de uitzondering. We kaarten wel altijd de circulaire optie aan en als de opdrachtgever dan toch voor totaalsloop kiest, dan vullen we het circulaire aspect zelf wel in en dat begint met een inventarisatie van materialen en producten die we kunnen oogsten voor Restoric.”
Sloper is adviseur van architect
Maar Tristan bespeurt een groeiende belangstelling voor circulair slopen. En dat leidt tot een andere positie van het sloopbedrijf in de bouwketen.
“Vroeger stonden we ergens helemaal onderaan in de pikorde. Nu komt het steeds vaker voor dat de architect ons uitnodigt nog voordat er een lijn op papier gezet is om af te stemmen wat hij of zij van het te slopen pand kan verwerken in de nieuwbouw. Of om kennis te nemen van onze visie op circulariteit. Hoe kun je zo bouwen, dat je het pand over vijftig of zestig jaar weer gemakkelijk uit elkaar kunt halen en hergebruiken. Slopen is in wezen omgekeerd bouwen. Onlangs nog heb ik een workshop verzorgd bij een toonaangevend architectenbureau. Allemaal mensen met een academische opleiding die vooral geleerd hebben lineair te ontwerpen. Met zo’n workshop draag ik eraan bij dat het circulaire gedachtegoed in hun ontwerppraktijk meer aandacht krijgt.”
Circulaire afzet in regio
Tristan wijst er nog op hoe belangrijk het is dat ook de locale bouwvergunningverstrekker aan tafel zit. Die weet namelijk precies welke vergunningstrajectenuitstaan. “Zij kunnen dan wijzen op projecten waar bouwdelen of materialen uit het te slopen pand ingezet kunnen worden. Je moet de sloopmaterialen in de regio kunnen verwerken. Daarom ben ik ook zo blij met onze werkplaats en winkel. Dan kun je altijd zeggen: als jullie er niet mee aan de slag gaan, dan doen we het zelf wel.”
Reduceren CO2-emissie
De mensen van de Schijf Groep werken regelmatig binnen gemeentegrenzen waar strenge CO2-regels gelden, Amsterdam bijvoorbeeld. Dat betekent inzet van elektrisch materieel. Welke stappen heeft de Schijf Groep op dit terrein gezet?
Tristan: “Het kleine materieel dat we inzetten op slooplocaties is inmiddels elektrisch. Hetzelfde geldt voor een deel van het wagenpark en onze trots een vrachtwagen met 100 % elektrische autolaadkraan. Op termijn zie ik overigens meer in waterstof aangedreven motoren. Neemt niet weg dat we op dit moment opwekcapaciteit onderzoeken van het dak op onze Restoric-loods. Daar kunnen ongeveer 600 zonnepanelen op. Betekent wel dat we de dakconstructie en waarschijnlijk ook de fundering moeten versterken. Verder zullen we de aansluiting op het net moeten verzwaren. Volgens de congestiekaart hebben we nog ruimte en kunnen we terugleveren aan het net. Daarvoor moet er een apart trafohuis komen met nieuwe leidingen naar ons pand. Het trafohuis moet vrij toegankelijk zijn vanaf de openbare weg. Dan is er nog het logistieke verhaal. Kan ik ’s nacht veertig busjes op ons terrein opladen? En hoe ga ik de overdag opgewekte stroom bufferen? In een zeecontainerbatterij? Kan ik de overtollige stroom kwijt in de directe omgeving en hoe moeten we dat dan verrekenen? Er komt al met al veel bij kijken en het is een complexe aangelegenheid, waar je een specialist naar moet laten kijken. Maar als ondernemer moet je er ook wat vanaf weten. Het zijn de uitdagingen van deze tijd. Toen ik ruim twaalf jaar geleden aan de slag ging voor de Schijf Groep kon ik niet vermoeden dat ik me nog eens zou verdiepen in dit soort zaken. Het mkb-ondernemerschap is een zeer afwisselende bezigheid.”
Jong geleerd is oud gedaan
De trouwe lezers van BouwBelang kennen Tristan Frese al van de vorige uitgave van BouwBelang. Op pagina 20/21 staat een verslag van de Techniek Driedaagse in Aalsmeer, een evenement waar 4000 leerlingen van basisscholen en vmbo’s op originele wijze kennismaken met technische beroepen. Hij was daar branchecoördinator Duurzaamheidsplein. Dat geeft al aan dat hij een geëngageerd promotor en ambassadeur van het vak is. Hoe geeft hij invulling aan dat engagement bij de Schijf Groep?
“Onze directeur, Teun Stam, is hier als twaalfjarige jongen spijkers komen trekken uit sloophout. Sindsdien is hij niet meer weggegaan, omdat hij het werk dat hij hier zag fascinerend vond. En nog altijd ontvangen we op zaterdag jonge mensen die het sloophout spijkervrij maken. Op die manier laten we ze proeven en ruiken aan het vak. En daar kun je niet vroeg genoeg mee beginnen. Verder zijn we leerbedrijf. Op de slooplocatie lopen doorgaans enkele leerlingen en in onze werkplaats zijn altijd ten minste twee leerlingen van het Hout- en Meubileringscollege in Amsterdam aan de slag. Die leerlingen komen hier graag, omdat ze hier heel zelfstandig prachtig meubilair kunnen maken of een mooie voordeur kunnen opknappen en op maat maken.”